Spiegelloze camera’s hebben de toekomst. Iedereen die nu
een serieuze camera wil aanschaffen raad ik aan geen spiegelreflexcamera te
kopen. Die hebben het gehad. Alleen professionals die elke paar jaar een nieuwe
camera kopen, kunnen nog een reden hebben om er wel een te kopen. Die reden is:
autofocus.
Wat is er aan de hand? Spiegelreflexcamera’s hebben een
spiegel om het beeld voordat de foto wordt genomen te gebruiken voor
scherpstelling en belichting. Alleen bij het nemen van de foto wordt de spiegel
opgeklapt en valt het licht rechtstreeks op de sensor.
De afgelopen paar jaar zijn enkele fabrikanten gekomen met
spiegelloze camera’s, waarbij de scherpstelling en belichting gebeurt aan de
hand van het beeld dat op de sensor valt. Sony met name heeft full frame sensor
camera’s geïntroduceerd die prestaties laten zien vergelijkbaar met
professionele camera’s. Olympus en Fujifilm doen hetzelfde met APS-C sensoren.
Recentelijk zijn Nikon en Canon ook met nieuwe spiegelloze camera’s gekomen.
Ook zij zetten nu zwaar in op deze ontwikkeling.
Wat zijn de eerste voordelen van deze Interchangeable
Lens Cameras (ILCs)? Gewichtsbesparing: het hele huis met spiegel en
opklapmechanisme kan er uit. De lens kan dichter op de sensor komen, waardoor
lichtsterkere lenzen gemakkelijker kunnen worden gemaakt.
Er is veel discussie over de zoeker; bij ILC’s is deze
electronisch: je ziet de werkelijkheid niet meer, maar het beeld dat op de sensor valt. En aanvankelijk liep het
elektronische zoekerbeeld een fractie achter op de werkelijkheid, waardoor je
net te laat kon zijn met je foto. Voordelen zijn dat je het beeld ziet zoals de
foto wordt: met de onscherpte die bij het diafragma hoort.
De autofocus is in dynamische omstandigheden nog niet zo
goed als met name het Nikonsysteem op de beste spiegelreflexcamera’s. Voor de
rest werken de systemen op ILC’s meestal naar behoren.
Allemaal mooi en aardig en gewichtsbesparing voor de
professionele camera’s is uitermate welkom. Maar wat wordt de gamechanger?
Doordat de sensor nu continu licht en dus beeld ontvangt, kan dat beeld continu
worden geanalyseerd. En dan worden
er dingen mogelijk waar men kort geleden nog nooit aan gedacht had. Sommige
telefooncamera’s laten dat al zien: die slaan continu bij voorbeeld 7 opnames op in het geheugen, waardoor de gemaakte foto gecombineerd kan worden met
eerdere ogenblikken. Daardoor kan bij voorbeeld ruis worden verminderd en
kunnen lange sluitertijden worden gesimuleerd. Bij een Olympus-camera kunnen
bij gebruik van lange sluitertijden pixels die genoeg licht hebben ontvangen
worden uitgezet, zodat er geen overbelichting ontstaat, terwijl andere pixels
nog verder licht ontvangen. Kunstmatige intelligentie kan worden ingezet om
gezichten en ogen te herkennen en daarop scherp te stellen; meerdere opnamen
kunnen worden gecombineerd om de scherpte te verbeteren tot subpixel niveau.
Ook wordt het dan mogelijk om op voorhand al trefwoorden toe te kennen, wat
veel werk uit handen kan nemen. De mogelijkheid om beelden al vooraf te
analyseren gaat de fotografie op zijn kop zetten en maakt het maken van
kwaliteitsbeelden gemakkelijker.
Kortom: wil je profiteren van deze nieuwe ontwikkelingen,
koop dan geen spiegelreflexcamera (SLR), maar een spiegelloze camera met de
mogelijkheid om lenzen te verwisselen: een ILC. Ik wacht denk ik tot Nikon met
de tweede serie camera’s komt na de net geïntroduceerde Z6 en Z7, zodat de
kinderziektes er dan uit zijn.